Nadere regelgeving:
- Geen
WET van 16 september 1954, houdende
administratieve rechtspraak bedrijfsorganisatie
WIJ JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses
van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is regelen
te geven omtrent het beroep tegen besluiten en handelingen van
publiekrechtelijke bedrijfsorganisaties;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg
der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij
goedvinden en verstaan bij deze:
Titel I. Algemene bepaling
Artikel 1
Voor de toepassing van deze wet worden onder lichamen verstaan de
Sociaal-Economische Raad, de bedrijfslichamen, bedoeld in artikel 66,
vierde lid, van de Wet op de bedrijfsorganisatie, en de lichamen,
ingesteld ter gemeenschappelijke behartiging van belangen, bedoeld in
artikel 110 van die wet.
Titel II. Het College van Beroep voor het bedrijfsleven
Artikel 2
Er is een College van Beroep voor het bedrijfsleven, verder te noemen
het College, gevestigd te 's-Gravenhage.
Artikel 3
1. Bij het College zijn werkzaam:
a. leden met rechtspraak belast, en
b. gerechtsambtenaren.
2. De leden met rechtspraak belast, werkzaam bij het College zijn:
a. senior raadsheren;
b. raadsheren;
c. raadsheren-plaatsvervangers.
Artikel 4
Het bepaalde bij en krachtens de afdelingen 1, 1A, 2 en 6 van
hoofdstuk 2 van de
|
Klik hier om de volledige, bijgewerkte pagina te verkrijgen.
|
|
|