BESLUIT
van 2 december 2005 tot vaststelling van een algemene maatregel van
bestuur houdende regels met betrekking tot reïntegratie (Reïntegratiebesluit)
WIJ
BEATRIX, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op
de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van
8 juli 2005, Directie Sociale verzekeringen, nr. SV/R&S/05/51579;
Gelet op
artikel 2.17, achtste lid, van de Wet invoering en financiering Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen, de
artikelen 52d en 87 van de Ziektewet, de
artikelen 34, tweede lid, 35,
vierde lid, en 36, eerste lid, onderdeel a, en vierde lid, van de
Wet
werk en inkomen naar arbeidsvermogen, de artikelen
65c, vijfde lid, 65d,
vierde lid, en 65e van de Wet op de
arbeidsongeschiktheidsverzekering,
de artikelen 59b, 59f, vijfde lid, en
59g, vierde lid, van de Wet
arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten en de artikelen
67a,
vijfde lid, 67b, vierde lid, en 67c
van de Wet
arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen;
De Raad van State gehoord (advies van 10
augustus 2005, nr. W12.05.0322/IV);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van
Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 28 november 2005, Directie Sociale
Verzekeringen, nr. SV/R&S /05/95731;
Hebben goedgevonden en verstaan:
§ 1.
Algemene bepalingen
Art.
1. Begripsbepalingen
In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
a. arbeidsongeschiktheidsuitkering:
een arbeidsongeschiktheidsuitkering of inkomensvoorziening op grond van de WAZ, de
Wet Wajong of de WAO;
b. WAO: Wet op de
arbeidsongeschiktheidsverzekering;
c.
Wet Wajong: de Wet werk en
arbeidsondersteuning jonggehandicapten;
d. WAZ: Wet
arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen;
e. Wet WIA: Wet werk en inkomen naar
arbeidsvermogen.
Art.
1a. Wettelijke grondslag
Dit besluit berust op de artikelen 34a,
eerste en derde lid, 35,
vierde lid,¹ en 36, eerste lid, onderdeel a,
en vierde lid, van de Wet
WIA, de artikelen
65c, vijfde lid, en 65d,
vierde lid, van de WAO,
de artikelen 2:22, vierde lid, 2:23,
eerste en derde lid,² 3:67, vijfde
lid, en 3:68, vierde lid, van de Wet
Wajong
en de artikelen
67a, vijfde lid, en 67b,
vierde lid, van de WAZ.
1. Volgens de redactie
dient "vierde lid" te worden vervangen door: vijfde lid.
2. Gelet op het bepaalde in artikel 1gg,
eerste lid, onderdeel e, van de Wet van 3 december 2009 tot
wijziging van de Wet
arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten in verband met het
bevorderen van de participatie van jonggehandicapten door werk en
arbeidsondersteuning (Stb. 2009, 580) dient volgens de redactie
na "2:23, eerste en derde
lid" te worden ingevoegd: , 2:25,
vijfde lid, 2:26, vierde lid.
Art.
2. Uitgangspunten verstrekking subsidie en verlening
voorzieningen [Bvh]
-1. Een subsidie als bedoeld in artikel 36
van de Wet WIA of een voorziening als bedoeld
in de artikelen 34a, eerste lid, en 35
van de Wet
WIA en de artikelen 2:22
en 2:23,
eerste lid, van de Wet
Wajong
wordt niet verstrekt respectievelijk
verleend indien het kosten van een voorziening of een voorziening
betreft:
a. die algemeen gebruikelijk is; of
b. waarvoor vergoeding op grond van
een andere wettelijke regeling mogelijk is.
-2. In afwijking van het eerste lid,
onderdeel b, kan een in dat lid bedoelde subsidie of voorziening worden
verstrekt respectievelijk worden verleend indien deze dient ter
vergoeding van kosten of voorzieningen waarvoor vergoeding op grond van
een andere wettelijke regeling mogelijk is en die vrijwel uitsluitend is
geïndiceerd voor de werksituatie, dan wel vrijwel uitsluitend kan
worden gebruikt voor of in de werksituatie.
-3. Het tweede lid is niet van toepassing
op de verlening van een voorziening in de vorm van een hulpmiddel
gerelateerd aan stoornissen in de hoorfunctie.
-4. Bij de toepassing van dit besluit en
de daarop berustende bepalingen wordt bij de beoordeling en berekening
van de kosten en de verlening van een voorziening als bedoeld in het
eerste en tweede lid uitgegaan van de goedkoopste adequate voorziening.
Art.
3. Geen subsidie en voorzieningen bij geringe kosten [BUnv13]
[BUnv14]
[Bvh]
-1. Een subsidie als bedoeld in artikel 36
van de Wet WIA wordt niet verstrekt indien de kosten, bedoeld in dat
artikel, minder bedragen dan 1,85 maal het minimumloon per dag, bedoeld
in artikel 8, eerste lid, onderdeel c, van de Wet
minimumloon en minimumvakantiebijslag, zoals laatstgenoemd artikel luidde op 1 januari
van het kalenderjaar waarin de kosten zijn gemaakt.
-2. Indien de gezamenlijke waarde van
voorzieningen waarvoor in een kalenderjaar een subsidie is aangevraagd
als bedoeld in artikel 36 van de Wet
WIA, een bedrag ter hoogte van 1,85
maal het minimumloon per dag, bedoeld in artikel 8, eerste lid,
onderdeel c, van de Wet
minimumloon en minimumvakantiebijslag, overtreft,
kan het UWV de werkgever subsidie verstrekken ter hoogte van die
gezamenlijke waarde.
-3. Dit artikel is van overeenkomstige
toepassing op de verlening van voorzieningen als bedoeld in de artikelen
34a, eerste lid, en 35 van de Wet
WIA en artikel
2:23, eerste lid, van de Wet
Wajong.
Art.
4. Op het individu gerichte voorzieningen [Bvh]
Een voorziening als bedoeld in de artikelen
34a, eerste lid, en 35 van de Wet
WIA en artikel
2:23, eerste lid, van de Wet
Wajong
wordt slechts verleend indien deze
in overwegende mate op het individu is gericht.
§ 2.
Voorzieningen
Art.
5. Inkomenstoets (leef)vervoersvoorzieningen [BUnv11]
[BUnv12] [BUnv13]
[BUnv14]
-1. Vervoersvoorzieningen als bedoeld in
|
Klik hier om de volledige, bijgewerkte pagina te verkrijgen.
|
|
|
|